Boeken
Eerste
Ga, o Jamblicus, naar de stad en koop brood voor ons, omdat het brood waarmee wij gisteravond gedineerd hebben weinig was.
Tweede
Heer, wees verdrietig om de kerken en kloosters, want de tijd is nabij dat Uw glorie bij hen tot zijn einde zal komen.
Derde
Generaties komen en generaties gaan voorbij, maar de oude Man blijft in leven. De dood passeert hier en daar, maar nadert Hem niet.
Vierde
Een gouden appel werd vakkundig gegoten en gevormd. U bent onze vader St. Ignatius en in wezen bezegeld.
Vijfde
De zonen van Israël vertrokken uit Juda naar Egypte, en een schitterende oude man vertrok met hen mee om hen te begeleiden.
Zesde
De avond heeft mij overvallen en in de nachtwake heeft hij mij geplaatst. Wees voor mij, onze Heer, een zon in de avond, zodat ik in U mag wandelen.
Zevende
De Zoon die door Zijn kruis Zijn Kerk heeft gered van dwaling, geef haar vrede en behoed haar kinderen met het kruis van licht.
Achtste
Eer aan U, die de doden uit hun graven laat opstaan en bekleedt hen met gewaden van glorie op de Dag van de Opstanding.
ܩܕܡܝܐ
ܩܽܘܡ ܝܰܡܠܺܝܟ̣ܳܐ ܥܽܘܠ ܠܰܡܕܺܝܢ̱ܬ̣ܳܐ ܙܒܶܢ ܠܰܢ ܠܰܚܡܳܐ܇ ܕܶܐܬ̣ܡܳܠܝ̱ ܒܪܰܡܫܳܐ ܙܥܽܘܪ ܗ̱ܘܳܐ ܠܰܚܡܳܐ܇ ܕܰܐܚܫܶܡܢܰܢ ܒܶܗ܀
ܬܪܝܢܐ
ܬܶܟܪܶܐ ܠܳܟ ܡܳܪܝ̱ ܥܰܠ ܥܺܕ̈ܳܬ̣ܳܐ ܘܥܰܠ ܕܰܝܪ̈ܳܬ̣ܳܐ. ܕܗܳܐ ܩܪܶܒ ܙܰܒܢܳܐ ܕܢܶܬ̣ܒܰܛܰܠ ܠܶܗ ܫܽܘܒܚܳܟ ܡܶܢܗܶܝܢ܀
ܬܠܝܬ̣ܝܐ
ܐܳܙܠܺܝܢ ܕܳܪ̈ܶܐ܇ ܘܳܐܬ̣ܶܝܢ ܕܳܪ̈ܶܐ ܘܣܳܒܳܐ ܩܰܝܳܡ. ܥܳܒܰܪ ܡܰܘܬܳܐ ܡܶܟܳܐ ܘܡܶܟܳܐ܇ ܘܠܶܗ ܠܳܐ ܩܳܪܶܒ܀
ܪܒܝܥܝܐ
ܚܰܙܽܘܪ ܕܰܗܒܳܐ ܕܰܚܫܺܝܠ ܘܰܩܪܺܝ̣ܡ ܒܽܐܘܡܳܢܽܘܬ̣ܳܐ. ܐܺܝܬ̣ܰܝܟ ܐܰܒܽܘܢ ܡܳܪܝ̱ ܐܺܝܓܢܰܐܛܺܝܳܘܣ܇ ܚܬܺܝܡ ܒܺܐܝܬ̣ܽܘܬ̣ܳܐ܀
ܚܡܝܫܝܐ
ܢܦܰܩܘ̱ ܡܶܢ ܝܺܗܽܘܕ ܒܢܰـ̈ـܝ ܝܺܣܪܳܐܶܝܠ ܕܢܺܐܙܠܽܘܢ ܠܡܶܨܪܶܝܢ. ܘܰܢܦܰܩܘ̱ ܥܰܡܗܽܘܢ ܣܳܒܳܐ ܙܰܗܝܳܐ ܢܠܰܘܶܐ ܐܶܢܽܘܢ܀
ܫܬܝܬ̣ܝܐ
ܚܰܛܦܰܢܝ̱ ܪܰܡܫܳܐ ܘܰܒܡܰܛܰܪܬܶܗ ܕܠܺܠܝܳܐ ܣܳܡܰܢܝ̱. ܗܘܺܝ ܠܺܝ ܡܳܪܰܢ ܫܶܡܫܳܐ ܒܪܰܡܫܳܐ ܘܶܐܗܰܠܶܟ ܒܳܟ܀
ܫܒܝܥܝܐ
ܒܪܳܐ ܕܒܰܨܠܝܒܶܗ ܦܰܪܩܳܗ̇ ܠܥܺܕܬܶܗ ܡܶܢ ܛܳܥܝܽܘܬ̣ܳܐ. ܗܰܒ ܒܳܗ̇ ܫܰܝܢܳܐ ܘܢܰܛܰܪ ܝܰܠ̈ܕܶܝܗ ܒܰܨܠܺܝܒ ܢܽܘܗܪܳܐ܀
ܬܡܝܢܝܐ
ܠܳܟ ܬܶܫܒܽܘܚܬܳܐ ܡܢܰܚܶܡ ܡܺܝ̈ܬ̣ܶܐ ܡܶܢ ܩܰܒܪ̈ܰܝܗܽܘܢ. ܘܡܰܠܒܶܫ ܠܗܽܘܢ ܐܶܣܛܰܠ ܫܽܘܒܚܳܐ ܒܝܽܘܡ ܢܽܘܚܳܡܳܐ܀